Dinsdag, 10 februari 2015.
Vanmorgen niet bij het krieken van de dag opgestaan, maar toch wel om net zes uur onderweg voor de 65 km naar de vlei. Onderweg kwam de zon al op. Dus bij lange na niet op tijd voor een foto voor zonsopgang boven de grote zandduinen.
Camping bezoekers zijn al in het park en mogen een uur eerder rijden dan niet campinggasten. Ik heb daarvan een half uur verloren laten gaan. Geen spijt overigens.
Het is nu een goed geasfalteerde weg over 60 km, waar je 60 mag maar die uitnodigt tot veel hogere snelheden. Reed ik toch al 80 km/h werd ik nog regelmatig ingehaald door nog snellere weggebruikers.
De laatste 5 km moet je gaan lopen, of je laten brengen voor 200 N $, want auto’s zonder 4×4 en bussen, campers, etc. mogen niet door. Ik dus wel. Maar helaas na ongeveer een kilometer zat ik toch hopeloos diep vast. Geen grip. Met de schep zoveel mogelijk zand onder de auto weggehaald, de banden nog leger laten lopen voor een groter oppervlak, en de twee matten proberen te plaatsen. Ik kreeg wat hulp van twee lopende toeristen. Toch wilde het in eerste instantie nog niet lukken. Achter mij stonden nog drie andere auto’s vast in het zand. Ik was niet de enige die het verkeerde spoor had gekozen. Een landrover van de parkwachter bracht uitkomst. Je kon met hun mee tegen de 200 dollar, en dan sleepten ze je op de terugweg wel weg. Ik kreeg het aanbod mijn auto er uit te krijgen, en daarna zelf verder te rijden. Hoe de gast het voor elkaar kreeg weet ik niet, maar na de wielen volgestopt te hebben met zand ( had ik juist zoveel mogelijk vrijgemaakt) wat samen schudden aan de auto, hij achter het stuur, en ik duwen, kwam er beweging in de achteruit. Na wat heen en weer gerij, was hij er van overtuigd dat de auto het aan moest kunnen. Ik heb hem dankbaar de 200 dollar gegeven ( leuke bijverdienste), en heb de laatste 4 km op eigen kracht gered.
Gezien het feit dat ik dit blog schrijf in de Lodge mag duidelijk wezen dat het terug ook goed is gegaan. Ik heb op de terugweg nog snel een douche genomen op de camping, en de weg opgepikt naar deze Lodge. Na een minder moeilijke pas en een indrukwekkend stukje over een hoogvlakte ben ik zo’n 120 km voor Marienberg even gestopt voor koffie. Daar werd ik aangesproken door een Duitser die vroeg of ik misschien een stuk gereedschap aan boord had om de reserveband onder de auto los te maken. Dat moest een driedelig stuk gereedschap zijn. Uiteindelijk bleek het een lange staaf te zijn, die ik inderdaad bij mij had, maar waarvan de drie delen waren versmeed tot 1 stuk. Hij ging daarmee een collega in een andere auto helpen, terwijl ik genoot van koffie en een tosti. Tien km verder op de weg naar Marienberg stonden ze te wachten. Het was gelukt de band te vervangen. Soms krijg je en soms geef je hulp.
Ik eet vanavond lekker in de Lodge. Er is hier Internet, maar tot nu toe krijg ik niets weg.
Mijn pech. Vandaag blijkt het Internet er gewoon uit te leggen, ondanks de melding dat het signaal sterk is.
Alle gasten hebben hetzelfde probleem.
Het was een goed 4 gangen menu verrijkt met het nodige bier. Ik probeer morgenochtend nog even of er dan Internet is, en anders verwacht ik pas op het vliegveld van Johannesburg contact te krijgen, tenzij…….
EN ER WAS INTERNET!